Over een loopbaan, die meer een stabaan en later rijbaan bleek te zijn.
Na het behalen van het certificaat van een 3 jarige studie aan een h.b.s. kon ik vanzelfsprekend bij pa in de zaak. Een uitgebreide textielzaak, alleen géén meubelen. Omdat hij ook buitenkllanten had moest hij nog al eens weg en werd de zaak ook bediend door twee jonge dames. Die mij het vak zouden leren. Dat werd natuurlijk lachen geblazen. Zeer tot ergernis van me. De dames waren dan ook meest met de vrouwelijke klanten bezig. Zodat een keer een jonge dame om maandverband vroeg. Een van de dames nam het gauw van me over. Ik bleef er bij staan en verwonderde me bijzonder.
Later zei ik tegen haar, dat ik dacht dat het 'skisokjes' waren. We hebben daar nog lang om gelachen. Mijn voorlichting had zich met van alles bezig gehouden, alleen dit onderdeel bleek voor jongens niet van belang. Zo, dus ...!
En ik werd 'ontslagen ' en solliciteerde bij een zaak. In Den Haag. Voor 60 gulden in de maand. Zelfs nog te weinig voor reisgeld, dus iedere dag op de fiets op en terug naar huis.
Dit had één voordeel Ik fietste als het uitkwam langs de buurt waar een eerdere grote liefde van mij woonde, die ook in Den Haag verkoopster was bij V& D.
Maar na 14 dagen belde mijn oom, die ook in DenHaag woonde mij op, dat mijn moe, zijn zus, had opgebeld. Er was een andere baan voor mij gevonden. >>Op Zuid<< !! Kleinere afstand voor de fiets en meer 'loon'!
Daar heb ik heel plezierig gewerkt en na enige tijd begreep ik ook het plaatselijk dialect. Ik werd echt een beetje zuiderling.
Totdat mijn pa mij opnieuw tot zich riep.
Er had zich een stomerij gemeld, die bij ons graag een gelegenheid zocht voor aanname en afgifte van 'stoomkleding'! Dat kan mijn zoon dan mooi doen vond pa.
En zo geschiedde. Ik mocht op een aangepaste kar met hulpmotor de stad rondrijden om op te halen en weer terug te brengen. Een wat dubieuze oproep kwam eens van een man, die, gelukkig, telefonisch tegen mijn vader zei
>> Kunt u snel uw zoon sturen, want mijn vrouw zit met haar vuile goed omhoog !<<. Nou, ik was maar net op tijd daar !
Dit kon ik volhouden, tot er in de stad een officiele 'zaak' kwam en ondanks de afspraken en mijn middenstandsdiploma, niet de baas mocht worden.
Hierna vond ik werk op een van de eilanden. Ook textiel, maar als verkoper buitendienst. Een kleine bestelauto vol met textiel, die ik bij klanten, die buiten de stad woonden, moest gaan verkopen. Ook hier een leuk incident.
Op een boederrij verzocht de boerin of ik voor haar 13jarige dochter een badpak mee wilde bengen voor de volgende keer, dat ik daar zou komen. Ik kende het meisje en omdat ik een zus van de zelfde leeftijd had, was de maatkeuze bij mij voldoende bekend.
Die volgende keer laadde ik 4 verschillende badpakken in, die ze wel mooi zou vinden. Het was in de tijd dat de bikini's in de mode kwamen, maar daar was op deze hoeve geen sprake van.
Ik liet haar eerst het gewenste badpak er tussen uithalen en zij vroeg of ze het mocht passen. Was natuurlijk goed, maar ik had te weinig gezegd ! Ieder stadsmeisje zou onder die kleding wel het hemdje en broekje aangehouden hebben, maar Aafje, of Aagje, natuurlijk niet. Dat ze bij binnenkomst het donzige, zwarte haartjes in haar oksels en op haar armen liet zien, was tot daar aan toen. Maar van ontharen haddden ze nooit gehoord, dus herhaalde zich het uitzicht. Bijna tot aan haar knieholten. En ik kreeg het vreselijk benauwd. Veronderstel, dat ze er toch vanaf zag. Het badpak was nooit meer als nieuw te verkopen. Zou m'n baas leuk vinden, maar niet heus. Maar gelukkig de koop ging door.
Maar ook aan deze periode kwam een eind. Door iets ergs.
Ik werd voor dief uit gemaakt en mocht blij zij, dat de baas het niet aan de politie melden. Maar ik werd wel op slag ontslagen.
Nu was ik daar in die plaats in de kost en was een nichtje van mijn kostjuffrouw verliefd op mij geworden. Nu was de buurman van haar familie een vakbondsman, die erbij gehaald werd. Die zei, dat als ik lid zou worden hij voor mijn verdediging zou zorgen. Dat gebeurde allemaal, maar ik kreeg wel dat ontslag. Vond ik niet erg ,want al had ik niets gestolen, het vertrouwen was verloren. Wederzijds.
De baas deed erg lief en legde 70 gulden op tafel voor mij als laatste loon. Toen hij opstond, veegde hij dat geld naar zich toen en zei > Dat had ik nog te goed van die diefstal <<!
En toen vond moe, dat ik genoeg ervaring in zaken had gehad, ik moest net als haar vader maar >>naar het rijk<<
En dat werden toen de spoorwegen. De stationschef kenden zij vanuit de kerk, dus was een verbinding gauw gelegd. En ik doorging de dubbele testfasen.